Rechtzetting metergegevens

Sinds 2004 was er op het adres van de heer V. geen meteropname meer gebeurd voor de jaarlijkse afrekening. Hierdoor ontving hij jaarlijks een afrekening gebaseerd op schattingen van de meterstanden.

Bij de meteropname in 2012 bleek dat de meterstanden steeds te laag werden geschat. De distributienetbeheerder paste de meterstand van 2011 aan waardoor het te laag geschatte verbruik voor de periode 2004-2012 werd gerecupereerd over de periode 2010-2012.
De heer V. ontving hierdoor twee facturen voor respectievelijk 6.409 euro en 6.729 euro. Op basis van deze facturen werd het maandelijkse voorschotbedrag bij de leverancier verhoogd naar 881 euro.

Interventie van de ombudsman: 

Bij de aanpassing van de meterstand van 2011 werd niet voldoende rekening gehouden met de schattingsprincipes zoals ze worden bepaald in het Technisch Reglement van de Vlaamse overheid dd. 04/12/2009.

Nadat de Ombudsdienst voor Energie de distributienetbeheerder hierop had gewezen, werd het verbruik vanaf de laatste werkelijke meteropname in 2004 tot de opname in 2012 evenredig herverdeeld over de totale periode. Enkel het aangepaste verbruik binnen de termijnen van de rechtzettingstermijnen van het Technisch Reglement (2 jaar te rekenen vanaf de laatste meteropname in 2012) werd doorgestuurd naar de leverancier.

De leverancier annuleerde de facturen en de heer V. ontving twee nieuwe afrekeningen voor 1.786 euro en 1.711 euro. Deze afrekeningen werden meteen betaald.

In overleg met de leverancier en de heer V. werd het maandelijks voorschotbedrag verlaagd naar 400 euro per maand. Ook de eerder opgemaakte tussentijdse facturen aan 881 euro per maand werden geannuleerd en opnieuw opgemaakt voor het verlaagde bedrag. Voor het openstaand saldo van de niet betaalde tussentijdse facturen werd een betaalplan in 6 maandelijkse schijven opgemaakt.