Rechtzetting verbruik

Mevrouw T. betrekt op 15/01/2009 een huurwoning samen met haar toenmalige partner. Ze gaat een contract aan bij haar leverancier met de volgende beginmeterstanden: enkelvoudig 49.423 en exclusief nacht 58.262. Nadat de toenmalige partner verhuist, komt mevrouw in financiële problemen terecht waardoor ze gedropt wordt door haar leverancier en bij de sociale leverancier (de netbeheerder) terechtkomt. Mevrouw T. geeft aan nooit meterstanden aan de netbeheerder te hebben bezorgd. Op 22/01/2015 verhuist mevrouw T. en worden de volgende eindmeter standen genoteerd: enkelvoudig 70.700 en exclusief nacht 76.282. Mevrouw krijgt een eind­afrekening van meer dan 7.000 euro van de netbeheerder.

Interventie van de ombudsman: 

De netbeheerder geeft aan in te staan voor de levering vanaf 26/08/2011 als sociale leverancier. Oorspronkelijk werden de meterstanden van 22/01/2015 geschat op 60.899 (enkelvoudig) en 27.082 (exclusief nacht). Na een melding van de leverancier werden deze schattingen aangepast en werd de oorspronkelijke factuur van 511,20 euro vervangen door de factuur van 7.194,78 euro.

Doordat de meterstanden tussen 2010 en januari 2015 allen te laag werden geschat, werd een gelijkmatige verdeling van het verbruik conform het Technisch Reglement doorgevoerd en werd enkel het verbruik van de laatste 2 meteropnameperiodes aangerekend. Hierdoor werd er een nieuwe slotfactuur opgemaakt van 864,82 euro.